De sneeuw begon te dwarrelen
waar het wicht net was geweest
liepen voetstappen langzaam door elkaar.
Alsof het daarnet nog ijzelde
klopte ik de kou uit mijn ziel,
blies wolkjes warmte
doelloos vooruit.
We werden langzaam blind
in eindeloos klimmen en dalen
langs gletsjers en ijsmeren
met touwen aan elkaar gebonden.
Zo was het einde.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten