Ik denk er over na.
Zoals mijn ogen over de heuvels glijden,
is de wind mijn tijd.
Ik voel het leven als een deken
op mijn winterbed, waarin
ik in herfstkleuren
ben gezeten.
Ik lig uitgestrekt als koele meren,
mijn handen rijken tot de rand,
gestrand op het mensenzijn.
En langzaam,
in een troon van licht en bloesemkransen,
word ik gedragen
hier ver vandaan
naar een ander
en vrij bestaan
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten